Rubriek Belangenvermenging

Belangen vermenging

Deze teksten zijn uit het POVC verslag gehaald. De tekst is geschreven door de gemeentelijke omgevingsambtenaar, en reflecteerd de visie van het stadsbestuur, als betrokken partij in het project. Hun rol als vergunningsverlener staat ter discussie. Je moet deze informatie dus vanuit dat oogpunt bekijken. Het is geen 100% objectieve mening.

Bezwaar 1

De bezwaarindiener stelt dat de stad Mechelen inzake voorliggendeomgevingsvergunningsaanvraag niet objectief kan oordelen en verwijst hiervoor naareen familiale band tussen de titelvoerend burgemeester en een lid van de raad vanbestuur van de aanvrager. Dit is onaanvaardbaar volgens de bezwaarindiener.

Conclusie
Het bezwaar wordt niet weerhouden.

Evaluatie bezwaarschrift:
Het onpartijdigheidsbeginsel waarborgt zowel de persoonlijke onpartijdigheid vande leden van het college die een beslissing neemt, als de structurele onpartijdigheidvan het college op het vlak van de organisatie ervan, het verloop van de procedureen het tot stand komen van haar beslissingen. Er is sprake van een aantasting vande onpartijdigheidsplicht indien er concrete en precieze feiten worden aangevoerdwaardoor redelijke twijfels rijzen omtrent de partijdigheid van een van de leden vanhet college én wanneer anderzijds uit de omstandigheden van de zaak blijkt dat departijdigheid van deze leden van het college de collegiale besluitvorming heeftkunnen beïnvloeden (zie RvVb nr. A/1718/0295, 5 december 2017).Er worden geen concrete gegevens bijgebracht waaruit redelijke twijfels rijzenomtrent de vermeende partijdigheid van de titelvoerend burgemeester. Er is ookgeen enkele reden om aan te nemen dat de beslissing van het college ook maarenigszins beïnvloed zou worden door de vermeende partijdigheid van detitelvoerend burgemeester.


Bezwaar 2


De bezwaarindiener stelt dat de stad Mechelen inzake voorliggendeomgevingsvergunningsaanvraag niet objectief kan oordelen omwille van desamenwerking tussen de aanvrager en de stad Mechelen voor de aankondiging van deomgevingsvergunningsaanvraag. Dit is onaanvaardbaar volgens de bezwaarindiener.

Conclusie
Het bezwaar wordt niet weerhouden.

Evaluatie bezwaarschrift:
Volgens de rechtspraak is het enkele feit dat de vergunningverlenende overheidsubsidies verleent aan de aanvrager van de vergunning, niet voldoende om tespreken van partijdigheid. Een loutere vermelding in een krantenartikel op dewebsite van de aanvrager dat de vergunningverlenende overheid een ‘partner’ isvan een project samen met de aanvrager, kan evenmin leiden tot de vaststellingdat het vergunningverlenend bestuur partijdig en dus onzorgvuldig is geweest inzijn beoordeling van de aanvraag (RvVb nr. A/1516/1439, 16 augustus 2016).Er is in voorliggend geval geen reden om aan te nemen dat het college vanburgemeester en schepenen niet onpartijdig zou kunnen oordelen over deaanvraag. De rechtspraak heeft in het verleden reeds duidelijk geoordeeld dat hetfeit dat een aanvrager een partner is van het vergunningverlenend bestuur nietvolstaat om partijdigheid vast te stellen. Het loutere gegeven dat de aanvraag vanBabalta/Plopsaqua vermeld wordt op de site van de stad, toont evenminpartijdigheid aan.


Bezwaar 3


De bezwaarindiener stelt dat de stad Mechelen inzake voorliggendeomgevingsvergunningsaanvraag niet objectief kan oordelen daar voorliggendeaanvraag een gevolg is van een marktbevraging namens de stad Mechelen en de stadMechelen jaarlijks een financiële bijdrage zou leveren als tegemoetkoming voor hetzwembad. Volgens de bezwaarindiener is de stad bijgevolg ook initiatiefnemer enmede-aanvrager. Dit is onaanvaardbaar volgens de bezwaarindiener.

Conclusie
Het bezwaar wordt niet weerhouden.

Evaluatie bezwaarschrift:
Het loutere gegeven dat de stad een bevraging heeft uitgevoerd naar de noodzaakvan een bijkomend zwembad heeft niet tot gevolg dat de stad niet objectief enonpartijdig zou kunnen oordelen over de aanvraag. Evenmin kan uit enigefinanciële bijdrage door de stad in functie van democratische toegangsprijzenworden afgeleid dat het college partijdig zou zijn. In dit verband moet wordenherhaald dat het gegeven dat een vergunningverlenende overheid subsidiesverleent aan de aanvrager volgens de rechtspraak nog niet op partijdigheid duidt(RvVb nr. A/1516/1439, 16 augustus 2016). Uit de bevraging, noch uit enigefinanciële tegemoetkoming kan worden afgeleid dat de stad initiatiefnemer ofmedeaanvrager zou zijn. De aanvraag voor de omgevingsvergunning werdingediend door en voor BABALTA BV.


Bezwaar 4


De bezwaarindiener stelt dat de stad Mechelen inzake voorliggendeomgevingsvergunningsaanvraag niet objectief kan oordelen daar, volgens debezwaarindiener, een financiële vergoeding zullen ontvangen na goedkeuring vanvoorliggende omgevingsvergunningsaanvraag. Dit is onaanvaardbaar volgens debezwaar indiener.

Conclusie
Het bezwaar wordt niet weerhouden.

Evaluatie bezwaarschrift:
Het gegeven dat de stad en het Sociaal Huis in het kader van boscompensatie ophun gronden een financiële vergoeding zouden ontvangen, toont geenszins aan dathet college van burgemeester en schepenen partijdig zou zijn. Een gebeurlijkefinanciële vergoeding voor het ter beschikking stellen van gronden in functie vanboscompensatie voor huidige aanvraag zal de beslissing van het college op geenenkele manier beïnvloeden.